Header Uit de oude Koektrommel

 
Samuel Knowles, gedoopt op 28 april 1641 in de Groninger A-Kerk, brengt zijn jeugd door in de Boteringestraat. Zijn ouders zijn de Engelse handschoenmaker Richard Knowles en de uit Vlissingen afkomstige Francijntie Perin.

 

Doop Samuel Knowles

Doopinschrijving van Samuel Knowles.
Bron: AlleGroningers


 
A-Kerk Groningen

De A-Kerk in Groningen; 1649, Atlas van Loon.
Bron: Wikimedia (Licentie: Public Domain)

 
Evenals de andere kinderen uit het gezin, besluit ook Samuel niet te kiezen voor een leven in de stad Groningen. Hij vertrekt naar Amsterdam. Daar gaat hij op 22 februari 1664 in ondertrouw met de Amsterdamse Elisabeth Goethand. Het schepenhuwelijk volgt op 18 maart 1664.
Samuel is op dat moment wijnverlater van beroep en woont aan de Nes. Elisabeth, Lijsbeth genoemd, is woonachtig op de Vijgendam. Zij is de dochter van de Engelse Carel Goethand, ook bekend als Charles Goodhand, wapensnijder en lidmaat van de Engelse gemeente van de Brownisten.

 

Huwelijksinschrijving Samuel Knowles en Elisabeth Goethand

Huwelijksinschrijving van Samuel Knowles en Elisabeth Goethand; Amsterdam, 22 februari 1664.
Bron: Stadsarchief Amsterdam


 
Schepenhuwelijk Samuel Knowles en Elisabeth Goethand

Inschrijving schepenhuwelijk van Samuel Knowles en Elisabeth Goethand.
Bron: FamilySearch


 
Nes Amsterdam

Gezicht op de Grote en Kleine Vleeshal aan de Nes te Amsterdam. Links de Grote Vleeshal, gevestigd in de kapel van het voormalige Sint-Pietersgasthuis. Rechts de Kleine Vleeshal, gevestigd in de kapel van het voormalige Sint-Margarethaklooster. In het midden de Boeren- of Riviervismarkt; Jacob van Meurs (mogelijk) 1663-1664.
Bron: Rijksmuseum (Licentie: Publiek Domein)

 
Op 10 mei 1664 legt Samuel als ‘wijncoper’ zijn poorter eed af. Nou laat het beroep wijnkoper weinig aan de verbeelding over. De invulling van het beroep wijnverlater daarentegen moest toch wel worden opgezocht.

 

Poorterschap Samuel Knowles

Samuel Knowles legt in Amsterdam op 10 mei 1664 zijn poorter eed af.
Bron: Stadsarchief Amsterdam

 
De gezworen wijnverlater, wijnroeier of wijnpeiler stelde met behulp van een peilstok of wijnroede en wiskundige berekeningen de hoeveelheid vloeistof in een vat vast om te bepalen hoeveel belasting er betaald diende te worden. Belastbare vloeistoffen waren onder andere olie, wijn, traan, bier, wijn, cognac en overige gedistilleerde ‘wateren’, azijn en zeep. Het bepalen van de hoeveelheid vloeistof werd ‘roeien’ genoemd; vandaar het beroep ‘wijnroeier’. De wijnverlater had tevens het recht om wijnen te ‘versnijden’, wat inhield dat hij verschillende wijnen mocht mengen.
De wijnroeiers handelden in dienst van de Gildebroeders van het Kuipers en Wijnverlaters Gilde van de stad. Particulieren en handelaren konden tegen betaling een beroep op hun doen. Dit werd geregeld via het comptoir. Er werd betaald per grootte van een geijkt vat. Zodra een vat voldeed aan de door de stad voorgeschreven maat, werd het van een merkteken voorzien, waarbij elk merkteken stond voor een bepaalde inhoudsmaat. Op deze manier ontstond in steden of wijnstapelplaatsen een eigen systeem van wijnroeierstekens.
Ondanks het verschil in technieken waren de wiskunde berekeningen, die werden gebruikt voor het meten van lange afstanden, hoogten en onregelmatige percelen, hetzelfde als die voor het meten van de grootte van vaten en de hoeveelheid vloeistof. De beroepen van landmeter en wijnroeier gingen dan ook vaak samen.

 

Schoolboeck van de Wynroyeryen

Uit het ‘Oprecht, grondich en rechtsinnigh Schoolboeck van de Wynroyeryen’ van 1663.
Bron: archive.org


 
Wijnroeiersteken

Wijnroeiersteken.
Bron: Erfgoed Breda

 
Buiten de vermelding van wijnverlater in de huwelijksinschrijving, is over Samuel verder geen documentatie te vinden met betrekking tot dit beroep. Mogelijk is het beroep van wijnkoper voor hem een uitbreiding geweest van het beroep wijnverlater. Zijn naam komt wel voor in de lijst met namen van wijnkopers, die terug te vinden is in de documentatie van het Amsterdamse Wijnkopersgilde.

 

Vier overlieden van het wijnkopersgilde te Amsterdam.
Bron: Geheugen van Nederland (embedded)


 
Lijst van wijnverkopers

Vermelding in de lijst met namen van wijnkopers.
Bron: Stadsarchief Amsterdam

 
Op 15 december 1664 wordt een zoontje Naetaniel gedoopt in de Amsterdamse Oudezijds Kapel. Doopgetuige is Samuels zwager Pietter Arijaensz van Antwaerpen, die getrouwd is met de eveneens naar Amsterdam vertrokken zus Catheleijntie Knowles. Waarschijnlijk wonen Samuel en Lijsbeth dan al op de Oudezijds Achterburgwal.
Samuel heeft zijn zoontje niet mogen zien opgroeien; hij overlijdt al jong op 25-jarige leeftijd en wordt op 6 november 1666 begraven in de Zuiderkerk. Weduwe Lijsbeth gaat exact twee jaar later in Amsterdam in ondertrouw met de uit Vianen afkomstige wijnverlater Albertus van Cuijlenburg. Zij wordt op 22 maart 1684 begraven in de Oude Kerk.

 

Begraafinschrijving Samuel Knowles

Begraafinschrijving van Samuel Knowles in het gaarderboek van de Zuiderkerk.
Bron: Stadsarchief Amsterdam


 
 
Tekst: Uit de oude Koektrommel
Bronnen: AlleGroningers, Stadsarchief Amsterdam, Archive, Verhalenwiki, Erfgoed Breda, Lens on Leeuwenhoek en DBNL